In memoriam
Per Kirkeby (1938-2018)
Nieuws — 11 mei 2018
In de vroege jaren tachtig van de twintigste eeuw werd hij met zijn semi-abstracte schilderijen bekend als vertegenwoordiger van het neo-expressionisme, mede door de Documenta-tentoonstelling van 1982 in Kassel, georganiseerd door voormalig Stedelijk Museum directeur Rudi Fuchs.
Kirkeby's schilderijen verwijzen vaak naar landschappen. Hij onderscheidt zich hiermee van Duitse neo-expressionisten als Lüpertz, Baselitz en Penck, die meer de nadruk leggen op de menselijke figuur. Zelf typeerde Kirkeby zijn schilderkunst als 'zachter' dan die van de Duitsers. Hij vond dat Scandinavische kunstenaars de kleur boven de vorm stelden, terwijl volgens hem in Duitsland en de Verenigde Staten het tegendeel gebeurde. In de jaren vijftig en zestig studeerde Kirkeby geologie aan de universiteit van Kopenhagen. Die wetenschappelijke achtergrond liet sporen na in zijn schilderkunst. Zo is Terugblik III in de collectie van het Stedelijk Museum te interpreteren als een doorsnede van bodemlagen, wortels en sedimenten; met het oog op de nostalgische titel misschien een herinnering aan zijn expeditie als geologiestudent door Groenland. Maar je kunt het ook zien als een luchtopname van een landschap, weergegeven in mosachtige groenen, ijsachtige tinten grijsblauw en wit, en donkere aardkleuren, met soms een fel oranjeoker.
Kenmerkend voor Kirkeby’s werkwijze zijn de vele olieverflagen die hij over elkaar aanbracht, soms dun, geborsteld, soms pasteus geschilderd. Hij identificeerde zich graag met het werk van Paul Cézanne, in het bijzonder met diens vermogen om onderwerp en uitvoering te laten samenvallen: ‘De krachten die zich opstapelen in de Mont Sainte-Victoire [een berg die Cézanne vaak schilderde – M.R.] verschillen niet van de krachten die het schilderij vormen.’ Op zijn best vielen voor Kirkeby de magie en het mysterie van de natuur en de schilderkunst samen.
In 1995 exposeerde Fuchs tien werken van Kirkeby in de erezaal van het Stedelijk (nu IMC zaal), ter gelegenheid van de tentoonstelling Couplet V. Dansende meisjes ter ere van Gustav Mahler, langs de randen van het expressionisme, zoals die voluit heette. Het Nederlandse publiek kon hier kennismaken met het werk van de Scandinavische schilder, die een belangrijke rol vervulde in deze eigenzinnige ‘vertelling’, die onder de noemer ‘expressionisme’ kunstenaars uit verschillende tijden bij elkaar bracht met verrassende combinaties. In 1997 volgde de aankoop van Terugblik III voor het museum, dat verder 25 kunstenaarsboeken van de hand van Kirkeby bezit. Behalve als schilder en beeldhouwer manifesteerde hij zich ook als dichter, schrijver, filmmaker en kostuum- en decorontwerper.
Als beeldhouwer is hij bekend om zijn gemetselde bakstenen bouwwerkjes, in Nederland te vinden in Kröller-Müller, Boijmans Van Beuningen en in Groningen en Amsterdam in de openbare ruimte. Deze beelden ontstonden uit zijn vroege opvatting dat je om zuiver te zijn, associaties en verwijzingen zoveel mogelijk moet uitbannen en het vooral in de structuur moet zoeken. Bij het stapelen van bakstenen moet je immers regels volgen. Tegelijk herinnerden zijn bouwwerkjes hem aan de baksteenarchitectuur waartussen hij in Kopenhagen als kind had gespeeld. Kinderen hebben volop gelegenheid om spelletjes in en om zijn beelden te doen.
Maurice Rummens, wetenschappelijk medewerker, Stedelijk Museum, Amsterdam