Performance — 26 jun 2014

'Dit is het verhaal van een oude stem. Dit is het verhaal over hoe Marsyas, de arme Marsyas, zijn stem hervond na hem miljoenen jaren kwijt te zijn geweest.'

Prijs
Entreeprijs Stedelijk Museum + €2,50
Locatie
Teijin Auditorium, Stedelijk Museum Amsterdam
Tijd
26 jun 2014, 18.00 tot 19.30
Taal
Engels
Toegang
Noodzakelijk. Stuur een email naar reservations@stedelijk.nl met uw volledige naam, email-adres, telefoonnummer en de datum waarop het programma plaatsvindt dat u wilt bezoeken.

Het Stedelijk Museum presenteert, in nauwe samenwerking met Kunstverein Amsterdam, met trots het laatste hoofdstuk in de performancereeks Mime Radio, een zich voortdurend ontwikkelende enscenering van een roman van kunstenaar Benjamin Seror. Het verhaal begint in een bar in Los Angeles, de Tiki Coco, die ook het middelpunt van het verhaal vormt. Iedere avond komt er een groep mensen bijeen voor de 'Challenging Reality Open Mic', waarbij het publiek wordt uitgenodigd de microfoon te pakken en enkele nieuwe gereedschappen, technieken of ideeën te presenteren die de werkelijkheid oprekken of in elk geval wat opschudden. In het laatste hoofdstuk zullen we de vriendschap zien opbloeien tussen vier personages, Angie, Bernhard, Benjamin en David, die verhuizen naar het Solog House dat een van hen heeft gebouwd in de Hudson River Valley. Daar komen ze erachter dat ze zijn gevolgd door Marsyas, een figuur uit de oude Griekse mythologie die zijn lichaam is kwijtgeraakt nadat hij een muzikale wedstrijd verloor van de god Apollo. De personages gaan Marsyas helpen zijn stem terug te vinden, zijn oeroude stem, zonder te beseffen welke ramp ze daarmee mogelijk ontketenen.

Elk hoofdstuk van de roman wordt gevormd door de geïmproviseerde performances uit de serie Mime Radio, die vervolgens zijn uitgeschreven om in een later stadium als geheel te worden gepubliceerd. Een van de speerpunten van dit project is dat het een publiek evenement gebruikt als een methode om te schrijven, in navolging van de principes van de Cinema Vérité zoals die zijn beschreven door Jean Rouch en Edgar Morin toen zij samenwerkten aan Chroniques d'un été (1960), een film over de invloed van verschillende camerabewegingen op een situatie en over wat de aanwezigheid van een camera kan bewerkstelligen dat anders niet mogelijk zou zijn. Bij deze films verving het publiek de camera en wordt de centrale vraag: wat verandert er voor een auteur als hij/zij een verhaal schrijft dat zich direct richt tot een specifiek publiek?

Het belangrijkste thema in de roman is de taal zelf. Wat kun je met woorden doen en hoe kun je ze gebruiken om verschillende situaties tot stand te brengen? Deze vragen houden ook alle personages in het verhaal bezig als ze samenkomen in de Tiki Coco. Op de avonden die ze in deze bar organiseren verleggen ze de grenzen van de taal om gereedschappen te beschrijven die de werkelijkheid tarten. De meeste personages in de roman komen uit andere romans zoals de Metamorfosen van Ovidius, of zijn levende kunstenaars met wie Seror ideeën uitwisselt.

De hoofdstukken X en XI worden op 11 en 20 juni opgenomen in de Kunstverein. Zie voor meer informatie over deze performances www.kunstverein.nl

Meer informatie over de kunstenaar

Tijdens deze performances, waarin het gesproken woord het voornaamste onderwerp en gereedschap is, vertelt Seror vaak lange, geïmproviseerde verhalen die zijn geïnspireerd op allerhande geestesverschijningen uit de literatuur, kunstgeschiedenis en alledaagse avonturen. De verhalen die hij vertelt voeren het publiek regelmatig mee tot diep in het hart van het Inferno of leiden tot nachtenlange danspartijen op de tere klanken van de Perfect Kiss van New Order. Seror is zelf ook musicus, bespeelt verschillende instrumenten en begeleidt zijn verhalen met gevoelige liederen in telkens een ander taalregister, waarmee hij onderstreept hoe complex taal kan zijn. Recentelijk had hij performances in Witte De With, ICA Philadelphia, Théâtre National de Chaillot in Parijs, le Plateaux, Frac Ȋle-de-France, Bétonsalon, Laboratoires d'Aubervilliers en Palais de Tokyo. Hij deed mee aan de groepstentoonstellingen L'interprète, Plateau Frac Ȋle-de-France in Parijs (curator: Xavier Franceschi), Susan Vérité, des Méthodes, Crac Alsace (curator: Elfi Turpin), A Spoken Word Exhibition, Jeu de Paume (curator: Mathieu Copland), LA Existential, LACE (curator: Marie de Brugerolles). The Ever Changing Meaning, Walter Phillips Gallery, Banff (curator: François Aubart), Mindaugas, 11de Baltische Trienniale, This is not an art show either, Fabra y Coats in Barcelona (curator: David G. Torres), A terrible beauty is born, Lyon biënale, 2011 (curator: Victoria Noorthoorn), Run Comrade, the old world is behind you, Kunsthall Olso (curator: Will Bradley), Repetition Island in het Centre George Pompidou te Parijs en The Clifford Irving Show in Objectif Exhibition in Antwerpen (curator van de laatste twee tentoonstellingen: Raimundas Malasauskas), Basket not basket, in de Jousse Entreprise Gallery (curator: Elfi Turpin). Hij speelde met zijn band Concert in de Kadist Foundation in San Francisco, REDCAT in Los Angeles, Aspen Art Center en Artist Space in New York.