Nieuws — 24 mei 2022

26 mei – 4 september 2022

Met de klok mee: werk van Ineke Hans/Circuform, Simón Ballen Botero, Marjan van Aubel, Diana Scherer, Audrey Large en Space Available X Peggy Gou (uitgebreid bijschrift onderaan)
Met de klok mee: werk van Ineke Hans/Circuform, Simón Ballen Botero, Marjan van Aubel, Diana Scherer, Audrey Large en Space Available X Peggy Gou (uitgebreid bijschrift onderaan)

Het Stedelijk vestigt de aandacht op de grootste uitdaging van deze tijd: de klimaatcrisis. De tentoonstelling It's Our F***ing Backyard laat zien dat ontwerpers een belangrijk verschil kunnen maken: zij laten ons met vernieuwende experimenten of juist door terug te grijpen op lokale kennis radicaal anders naar materialen kijken en bieden ons design dat zowel verantwoord als esthetisch, comfortabel en bereikbaar is. De tachtig geselecteerde projecten van ontwerpers en bedrijven van over de hele wereld geven een overzicht van verschillende strategieën om tot een beter materiaalgebruik te komen. De tentoonstelling gaat ook in op hoe de uitputting van de bodem samenhangt met praktijken van het kolonialisme, die nog altijd door sommige multinationals worden voortgezet.

Tamara Orjola, Forest Wool, 2016, tapijt gemaakt van dennennaalden, collectie Stedelijk Museum Amsterdam © Design Academy Eindhoven. Foto Ronald Smits
Tamara Orjola, Forest Wool, 2016, tapijt gemaakt van dennennaalden, collectie Stedelijk Museum Amsterdam © Design Academy Eindhoven. Foto Ronald Smits

ALGEN EN KOEIENBLOED Ontwerpers hergebruiken allerlei afvalstoffen voor nieuwe producten en zetten de kracht van de natuur in om tot ongebruikelijke materialen te komen. Zo verwerkt designstudio Bentu keramiekafval in meubels, zet Tamara Orjola dennennaalden om in textiel en bedacht Basse Stittgen een servies van koeienbloed. De innovaties gaan van experimentele onderzoeken tot eeuwenoude ambachtelijke technieken in een nieuwe toepassing. Claudy Jongstra introduceerde middeleeuwse natuurlijke verfrecepten in de mode van Viktor & Rolf en Seok-hyeon Yoon gebruikte de eeuwenoude ott-laktechniek om recyclebare keramiek te maken. Maartje Dros en Erik Klarenbeek experimenteren met diatomeeën (micro-algen), die CO2 binden, om glas te maken. Daarnaast zijn er projecten die zich richten op energieopwekking die het milieu minder belast, die afzien van het toevoegen van materiaal door op een leeneconomie over te gaan en initiatieven die gebruikers tot andere inzichten willen verleiden. Alle getoonde projecten geven een nieuwe impuls aan de industrie en creëren meer bewustwording over onze footprint.

Yasmin Bawa, Kali, 2022. Bawa is een pionier op het gebied van hennepbeton: een composiet van natuurkalk en hennepvezels. Collectie Stedelijk Museum Amsterdam. Foto Margaret Flatley
Yasmin Bawa, Kali, 2022. Bawa is een pionier op het gebied van hennepbeton: een composiet van natuurkalk en hennepvezels. Collectie Stedelijk Museum Amsterdam. Foto Margaret Flatley

ONTWERPERS, PRODUCENTEN EN NIEUWE AANWINSTEN In de tentoonstelling worden zowel experimenten en prototypes getoond als producten die al op de markt zijn. Met werk van onder meer Fernando Laposse, FormaFantasma, Christien Meindertsma, Shahar Livne, Donghoon Sohn, Alexandra Kehayoglou en van producenten als Vitra en Ikea. Ontwerpers gaan ook nieuwe allianties aan. Zo ontwierp de Balinese designstudio Space Available samen met DJ Peggy Gou een stoel van 20 kilo plastic afval verzameld in Indonesië. Het Stedelijk wenst de eigen collectie vormgeving op dit punt uit te breiden. De tentoonstelling is dan ook aanleiding voor nieuwe aanwinsten, zoals recente aankopen van Carissa Ten Tije, Yamuna Forzani, Seok-hyeon Yoon, Joana Schneider, Seungbin Yang, Audrey Large, Tamara Orjola, Yasmin Bawa en Marjan van Aubel en schenkingen van Circuform (Ineke Hans) en Space Available bewijzen.

KLIMAATRECHTVAARDIGHEID Verschillende onderzoeken tonen aan dat de wortels van het huidige klimaatprobleem voor een groot deel in het kolonialisme liggen, in de toe-eigening van land en de exploitatie en vernietiging van natuur, mens en dier. De scheve machtsverhoudingen die toen zijn ontstaan, zijn vaak nog steeds zichtbaar. Nu zijn het naast overheden vooral ook multinationale bedrijven die de bodem uitputten. Het Stedelijk werd op dit gebied geadviseerd door Raki Ap (spreker/gastdocent, woordvoerder Free West Papua NL en één van de grondleggers in Nederland van Inheemse Perspectieven op klimaatverandering) en Chihiro Geuzebroek (trainer/spreker en interdisciplinair maker op het gebied van klimaatrechtvaardigheid, kolonialisme, Inheemse soevereiniteit, kunst & activisme). Sinds de opkomst van industriële technologieën is lokale kennis vaak genegeerd, terwijl die ons juist veel kan leren over hoe we meer in symbiose met de natuur kunnen leven. Het Stedelijk selecteerde voor de tentoonstelling werk van ontwerpers die in verschillende projecten deze kennis nieuw leven inblazen.


Rein Wolfs, directeur Stedelijk Museum: “Ontwerpers zijn steeds vaker sociaal, politiek en activistisch betrokken. Hun creativiteit laat ons anders nadenken over materiaalgebruik in relatie tot het klimaat, ze kijken verder dan bestaande technieken en zijn een onmisbare schakel om ons te laten zien hoe we beter kunnen produceren en consumeren en minder vervuilen. Met de tentoonstelling willen we design op het snijvlak van ecologie en innovatie breed toegankelijk maken om de urgentie van het klimaatprobleem ook vanuit het Stedelijk te agenderen en daarmee het belang van vormgeving in de maatschappij en de impact op het klimaat te onderstrepen. Voor onszelf is het ook een voortdurende en hernieuwde 'call to action'; ook wij hebben, zoals elk bedrijf, nog veel stappen te zetten om onze footprint te verkleinen.”


Samenstellers van de tentoonstelling Amanda Pinatih, conservator vormgeving, en Ingeborg de Roode, conservator industriële vormgeving: “De eerste wereldwijde klimaatstaking in 2018 getuigde van een groeiend bewustzijn dat we onze manier van leven moeten veranderen. Na kleinschalige initiatieven aan het eind van de vorige eeuw gebeurt er nu ook in de designwereld steeds meer. Deze tentoonstelling laat zien hoe makers en bedrijven vanuit de creatieve praktijk nieuwe mogelijkheden kunnen bieden en hoe gebruikers via de keuzes die ze maken ook hieraan kunnen bijdragen. Het gaat ons allen aan, het gaat letterlijk om onze eigen backyard.” 

Bijschrift compilatiebeeld, met de klok mee: Ineke Hans, Rex, 2021, eerste Nederlandse statiegeldstoel, gemaakt van gerecycled polyamide (oud kantoormeubilair, visnetten, tapijt en industrieel afval), coll. Stedelijk Museum Amsterdam, schenking producent Circuform, De Meern, 2022 / Simón Ballen Botero, Suelo Orfebre (Goldsmith’s Soil), vanaf 2018, glas gemaakt van jagua, een afvalproduct van goudmijnen / Marjan van Aubel, Sunne, 2022, lamp met Sun Power zonnecellen, aluminium, gerecycled plastic, coll. Stedelijk Museum Amsterdam / Diana Scherer, InterWoven - Exercises in Root System Domestication, 2021-22, gegroeid textiel van haverwortels / Audrey Large, MetaBowl #6, 2021, gerecycled 3D geprint plastic, coll. Stedelijk Museum Amsterdam. Foto: Alaa Abu Asad. Nilufar Gallery-Far Edition / Space Available X Peggy Gou, Peggy Chair, 2021, gerecycled high-density polyethyleen (HDPE), coll. Stedelijk Museum Amsterdam, schenking Space Available, Bali, Indonesië, 2022

De tentoonstelling It’s Our F***ing Backyard. Designing Material Futures is mede tot stand gekomen dankzij de genereuze bijdragen van Stimuleringsfonds Creatieve Industrie en het Prins Bernhard Cultuurfonds en onze partner Polestar.