docking station: mark boulos - all that is solid melts into air
Nieuws — 19 mei 2008
8 Juni – 20 Juli 2008
Docking Station presenteert de Europese première van All That Is Solid Melts into Air(2008), een video-installatie voor twee schermen van Mark Boulos (1975, Boston).
Het werk gaat over olie, dematerialisatie en mondialisering in de vorm van een confrontatie tussen twee verschillende films.
De ene is een portret van de Nigeriaanse guerrillagroepering die strijdt tegen de kolonisatie van de oliebronnen waarop zij als inwoners van het land recht menen te hebben. De andere film toont Amerikaanse handelaren die futures – het meest speculatieve financiële product – (ver)kopen.
In All that is Solid Melts into Air zet Boulos zijn onderzoek voort naar de relatie tussen ideeën en materialiteit. Zijn meest recente werk ging over geloof en het immanente karakter van religie in werkelijke gebeurtenissen. In dit nieuwe werk houdt hij zich bezig met economie en klasse en de rol van arbeidsverhoudingen in metafysische ideeën.
Boulos is geïnspireerd door Marx' idee van het “warenfetisjisme”, waarin handelswaren metafysische eigenschappen lijken te krijgen doordat zij doordrenkt zijn van verborgen arbeidsverhoudingen. Boulos richt zich op de geopolitiek en op de economisch belangrijkste handelswaar: olie. Hij geeft geen toelichting op historische feiten maar onderzoekt de levensbeschouwingen van twee partijen die strijdenom de heerschappij over de olie: de oorspronkelijke bewoners van de grond waar olie wordt gewonnen en financiële speculanten.
Boulos filmde op de Chicago Mercantile Exchange, de grootste futures-beurs ter wereld. De onstuitbare macht van die beurs is mondiaal en direct. Nationale economieën bestaan in computernetwerken en als een discours van speculatie en handel. De goederen zelf en de mensen die deze goederen produceren, zijn nergens te vinden op deze financiële Olympus.
De handelaren kopen en verkopen futures, financiële contracten waarin partijen zich verbindenom goederen, arbeid en valuta te verhandelen die nog niet eens bestaan.
In de Nigerdelta filmde Boulos de strijders van de Beweging voor de Emancipatie van de Nigerdelta (MEND), die de 'totale oorlog' hebben verklaard aan de buitenlandse oliemaatschappijen, in het bijzonder aan Royal Dutch Shell. Hoewel de rivierdelta in de jungle een van de rijkste oliegebieden ter wereld is, zijn de bewoners arm gebleven. De oliewinning heeft geleid tot vervuiling van de rivieren, waardoor de bestaansmiddelen van de vissersgemeenschappen zijn vernietigd. Sommige Nigerianen maken gaten in de pijpleidingen van de oliemaatschappijen om weer beslag te leggen op de brandstof en deze later te verkopen. Deze daden zijn geëscaleerd tot een georganiseerde, gewapende strijd tegen de buitenlandse bedrijven. De guerrilla's zijn onoverwinnelijk, omdat Egbesu, de god van gerechtigheid en oorlog, hen inspireert en beschermt tegen kogels en machetes.
Deze film laat zien dat de bevolking een zeer direct inzicht heeft in haar materiële omstandigheden en toont aan dat hun religieuze overtuigingen niet metafysischer zijn dan de drukke speculatie van de handelaren op de beurs. Door het vastleggen van de gewapende strijd zet Boulos vraagtekens bij het huidige beeld dat naar voren komt uit documentaires over mensenrechten. Daarin wordende Nigerianen afgeschilderd als beklagenswaardige, machteloze slachtoffers.
De installatie beleeft haar première tegelijkertijd in Docking Station, op de 16de Biënnale van Sydney: 'Revolutions - Forms That Turn', op de presentatie van de Swiss Art Awards tijdens Art Basel 2008. Boulos werkt in Londen en Amsterdam en exposeerde zijn werk in de ICA, Hayward Gallery en Barbican Gallery, Londen. Hij ontving beurzen van Film London, de Arts Council England en the Fulbright Center in Amsterdam, die een residency aan de Rijksakademie van Beeldende Kunsten in Amsterdam mogelijk maakte.
Curator van de tentoonstelling is Martijn van Nieuwenhuyzen.